- 18:00'Meta'-AI kan gedachten lezen met 80% nauwkeurigheid
- 17:15Hoe het algoritme van TikTok in 2025 de contentstrategie en groei vormgeeft
- 16:45Stellar AfricaGold versterkt haar investeringen in goudwinning in Marokko
- 16:26Marokko presenteert elektrische auto-industrie op vakbeurs in China
- 16:16Diepgaande analyse van EUR/USD: technische en economische vooruitzichten te midden van wereldwijde spanningen
- 15:52Nederlandse parlementariërs zeggen dat Europa en Oekraïne deel moeten uitmaken van vredesbesprekingen
- 15:20Eerste patiënt krijgt anti-migraine-implantaat in Nederlands onderzoek
- 15:00Nederland geeft 113 gestolen Benin Bronzes terug aan Nigeria
- 14:35Het Forum van Voorzitters van de Commissies voor Buitenlandse Zaken van Afrikaanse Parlementen wordt gehouden in Rabat
Volg ons op Facebook
Marokko handhaaft handel met China ondanks beperkingen van grootmachten
Terwijl grote economische grootmachten zoals de Verenigde Staten, de Europese Unie en India tussen 2020 en 2024 handelsbeperkingen aan China oplegden, handhaafde Marokko zijn handelsbetrekkingen met Peking zonder beperkende maatregelen te nemen, zo blijkt uit het Munich Security Report 2025.
Volgens het rapport heeft Marokko namelijk geen enkele beperking opgelegd aan Chinese goederen, in tegenstelling tot de landen die maatregelen hebben genomen om hun lokale industrie te beschermen tegen Chinese dumping. Deze beperkingen bestaan onder meer uit extra douanerechten, verboden op bepaalde producten en het opleggen van limieten aan Chinese investeringen, met name in de technologie- en energiesector. Daarentegen zijn de handelsbetrekkingen tussen Marokko en China in opgaande lijn sinds het koninkrijk zich in 2017 aansloot bij het Belt and Road Initiative. Dit heeft geleid tot meer Chinese investeringen in infrastructuur, productie en hernieuwbare energie.
Analisten zijn echter van mening dat "deze handelsopening naar China op de korte termijn economische voordelen oplevert, maar in de toekomst ook voor uitdagingen kan zorgen, met name op het gebied van commerciële dumping." De aanhoudende instroom van goedkope Chinese producten zou de lokale industrie kunnen verzwakken en het handelsdeficit kunnen vergroten. Bovendien zou er sprake kunnen zijn van een gebrek aan concurrentievermogen: als de Marokkaanse overheid geen maatregelen neemt om de nationale industrie te ondersteunen, zou de Marokkaanse markt te afhankelijk kunnen worden van China. Het ontbreken van beperkingen kan dus economisch gunstig zijn, maar het kan Marokko ook blootstellen aan diplomatieke uitdagingen als de spanningen tussen het Westen en China escaleren.
In dezelfde context laten de gegevens zien dat “verschillende landen, zoals de Verenigde Staten, de Europese Unie, India, Australië, Japan en Canada, protectionistische maatregelen tegen China hebben genomen.” Deze maatregelen omvatten het opleggen van hoge tarieven op Chinese importen, het verbieden van bepaalde producten en het aanscherpen van de beperkingen op investeringen uit China. De Verenigde Staten hebben bijvoorbeeld beperkingen opgelegd aan de import van halfgeleiders en geavanceerde technologieën. Ook hebben ze de belastingen op Chinese producten in de energie- en technologiesector verhoogd.
De Europese Unie richt zich op het beschermen van de hernieuwbare energiesector en de zware industrie tegen Chinese dumping, terwijl India beperkingen oplegt aan Chinese technologische toepassingen en elektronische producten. Ook Australië en Japan controleren Chinese investeringen strenger, vooral in de infrastructuur- en technologiesector.
Omgekeerd hebben landen als Marokko, Nigeria, Turkije, Brazilië, Zuid-Afrika en Egypte ervoor gekozen om geen handelsbeperkingen op te leggen aan China, hetzij om sterke economische relaties te behouden, hetzij vanwege de grote afhankelijkheid van Chinese goederen.
In hetzelfde rapport staat dat “de perceptie van groeiende risico’s in de Verenigde Staten en Rusland ook in verband kan worden gebracht met groeiende zorgen over handelsoorlogen en het mogelijke gebruik van kernwapens door een agressor.” Interessant genoeg beschouwen alleen Duitsland en het Verenigd Koninkrijk China als een grotere bedreiging dan vorig jaar. Vergeleken met vorig jaar zijn de zorgen over de Covid-19-pandemie, verstoringen van de energievoorziening en extremistisch islamistisch terrorisme in de meeste landen aanzienlijk afgenomen.
Uit het veiligheidsrapport van München blijkt ook dat alle G7-landen Iran, China en Rusland meer als bedreigingen dan als bondgenoten zien. Toch wordt geen van deze landen gezien als een grotere bedreiging dan een bondgenoot in de G20-landen, met uitzondering van China in India en Iran in Brazilië, zo blijkt uit een onderzoek onder een representatieve steekproef van deze landen.
Reacties (0)