Een verband identificeren tussen de ziekte van Alzheimer en kanker!

Een nieuw onderzoek bij knaagdieren heeft de reden gevonden waarom mensen met de ziekte van Alzheimer minder kans hebben om bepaalde soorten kanker te ontwikkelen.

Onderzoekers in China observeerden een lagere incidentie van colorectale kanker bij muizen met de symptomen van Alzheimer vergeleken met modelmuizen. Toen deze muizen echter werden getransplanteerd met uitwerpselen van een gezonde muis, werd de incidentie van kanker in de dikke darm en het rectum weer normaal.

De resultaten geven aan dat de symptomen van Alzheimer nauw verband houden met de samenstelling van de darm. Nieuw bewijsmateriaal toont aan dat sommige darmmicroben het immuunsysteem kunnen vormen op manieren die de hersenen beïnvloeden.

Verschillende eerdere onderzoeken bij knaagdieren hebben het darmmicrobioom in verband gebracht met symptomen van de ziekte van Alzheimer.

Uit recente baanbrekende experimenten is gebleken dat fecale transplantaties problemen met het geheugen van het ene knaagdier op het andere overbrengen.

De nieuwe studie onderzoekt verder het nauwe verband tussen de ziekte van Alzheimer, het darmmicrobioom en kanker.

Uit enkele recente onderzoeken is gebleken dat het risico op kanker bij menselijke Alzheimerpatiënten met de helft is verminderd. Tegelijkertijd werd het risico op het ontwikkelen van de ziekte van Alzheimer bij kankerpatiënten met 35% verminderd. Maar niemand weet echt waarom dit zo is, en colorectale kanker vertoont het sterkste verband met de ziekte van Alzheimer.

In een reeks experimenten in het First Hospital van de Hebei Medical University in China ontdekten onderzoekers dat muizen met Alzheimer-achtige symptomen resistentie vertoonden tegen darmkanker toen de ziekte kunstmatig werd geïnduceerd.

Darmontstekingen bij deze muizen leken onderdrukt te worden. Toen een fecale transplantatie werd overgedragen van een gezonde, jongere muis naar een muis met Alzheimer-achtige symptomen, werd deze repressie opgeheven.

Om erachter te komen welke microben in de darmen aanwezig zijn, hebben de onderzoekers de microben van hun diermodellen bemonsterd en verschillende kandidaten gevonden, waaronder een gramnegatieve bacterie genaamd Prevotella.

Wanneer muizen werden behandeld met de Prevotella-bacterie produceerden de darmen minder pro-inflammatoire immuuncellen, zelfs wanneer de muis werd blootgesteld aan gevaarlijke ziekteverwekkers.

De onderzoekers leggen uit dat de verminderde ontstekingsreactie deels kan zijn opgetreden doordat de darm ‘lekkender’ was dan normaal, waardoor sommige microbiële bijproducten gemakkelijker in de bloedsomloop konden komen.

Toen muizen werden behandeld met verbindingen afgeleid van Prevotella, vertoonden de dieren cognitieve stoornissen en weerstand tegen tumorontwikkeling in het rectum en de dikke darm.

De onderzoekers leggen uit dat verschillende onderzoeken hebben aangetoond dat lipopolysacharide (LPS), afkomstig van het geslacht Prevotella, betrokken is bij ontstekingsreacties van de slijmvliesbarrière.

Prevotella bivia produceert bijvoorbeeld hoge concentraties lipopolysachariden. Deze kunnen een giftige omgeving creëren die dopaminecellen beschadigt, die een rol spelen in de cognitieve en motorische functie.
Uit een recent klinisch onderzoek bij mensen is gebleken dat fecale transplantaties bijvoorbeeld de motorische symptomen van de ziekte van Parkinson kunnen verlichten, een ziekte die nauw verband houdt met de degeneratie van dopamine-afgevende neuronen.

“Aangezien ontsteking een belangrijk onderdeel is van het tumorigeneseproces, zijn de kankerbestrijdende eigenschappen in muismodellen van de ziekte van Alzheimer waarschijnlijk te wijten aan tolerantie voor darmontsteking veroorzaakt door verschillende specifieke bacteriële geslachten in het darmmicrobioom”, schreven de auteurs van het onderzoek.

Het team concludeerde: “Dit is biologisch/experimenteel bewijs dat een omgekeerde associatie tussen de ziekte van Alzheimer en colorectale kanker ondersteunt.”